Participatief actieonderzoek

Participatief actieonderzoek volgens de definitie van M. Eelderink (2020) is een onderzoeksbenadering die mensen in staat stelt om met elkaar complexe problemen in hun dagelijkse (werk) leven op te lossen. Door middel van het gezamenlijk onderzoeken van hun situatie en de perspectieven van de diverse betrokkenen hierop, wordt duidelijk hoe de onderzochte problematiek is ingebed in een groter systeem, hoe de gewenste situatie eruit ziet en waar kansen liggen voor positieve verandering. Op basis van de resultaten van het onderzoek, de gezamenlijke kennis van alle betrokkenen, stelt de methodiek van participatief actieonderzoek de betrokkenen in staat om de nieuwe inzichten om te zetten naar passende oplossingsrichtingen en actieplannen en deze met elkaar te realiseren.

De onderzoeker wil niet alleen kennis vergaren maar wil dat het onderzoek een uitgangspunt is om de situatie van de betrokkenen te verbeteren. Belangrijk bij actieonderzoek is bovendien dat de onderzoeker niet alleen wil weten wat de betrokkenen vertellen, wat hun kenmerken zijn maar ook en vooral de acties van mensen begrijpen, hun onderliggende interpretaties, kennis en strategieën. De deelnemers aan het actieonderzoek zijn co-researchers en kunnen een meer of minder actieve rol spelen in het onderzoek. Actieonderzoek hecht veel belang aan reflectie. De onderzochten leren zelf denken volgens de onderzoekslijnen. De deelnemers gebruiken hun eigen kennis en de kennis die ze in het onderzoek opdoen om hun motivaties en intenties om te zetten in acties.

Eelderink onderscheidt zeven fasen in participatief actieonderzoek:

  1. Aanleiding en oriëntatie: de eerste stappen in het onderzoeksveld zetten door een kennismakingsgesprek, een bezoek, informele gesprekken te voeren en een eerste vertrouwensband met de betrokkenen op te bouwen.
  2. Systeemexploratie: de perspectieven van de verschillende betrokkenen verzamelen en analyseren.
  3. Inzichten delen en oplossingsidentificatie: visueel maken van de resultaten van de systeemexploratie. Deze resultaten delen, erover reflecteren met de deelnemers en een gemeenschappelijke analyse maken. Vervolgens laten prioritiseren.
  4. Actieplan co-creatie: samen met de betrokkenen een actieplan opzetten, rollen en verantwoordelijkheden bepalen.
  5. Formalisatie en overdracht: actieplan overdragen aan de organisatie. De overdracht wordt samen gevierd en de organisatie implementeert het actieplan.
  6. Monitoren: de actieonderzoeker monitoren van het actieplan, reflecteren en aanpassen van de planning waar nodig.
  7. Evaluatie: samen met de deelnemers het proces en het resultaat evalueren. Waar mogelijk opschalen, verankeren of verdere stappen vastleggen.

Bronnen:

M. Eelderink (2020). Handboek participatief actieonderzoek. Samen bouwen aan een betere wereld. SWP: Amsterdam.

Valkenburg, B., Beukema, L., Almekinders, C. J. M., & Tromp, C. (2009). Options, choices and challenges. In C. dr.ir Almekinders, L. Beukema, & C. Tromp (Eds.), Research in Action: Theories and practices for innovation and social change (pp. 15-29). Mansholt publication series; No. 6.