Wetgeving

Op deze pagina vind je een overzicht van de wetgeving die relevant is voor de middagpauze op school.

Algemeen kunnen we stellen dat de wettelijke basis voor het middagtoezicht beperkt is. Wettelijk is voorzien dat leerlingen recht hebben op een middagpauze van tenminste een uur en dat scholen dat aan ouders moeten meedelen. Officieel behoort die middagpauze echter niet tot de opdracht van de school. In het basisonderwijs moet een school instaan voor opvang en toezicht tijdens de periode van de normale aanwezigheid van de leerlingen. Die periode loopt vanaf 15 minuten voor de 1ste les 's morgens tot 15 minuten na de laatste les 's middags en vanaf 15 minuten voor de 1ste les 's namiddags tot 15 minuten na de laatste les 's avonds. Scholen zorgen voor meer opvang, maar ze zijn daartoe niet verplicht. Een school kan voor de vrijwillige opvang een financiële bijdrage aan de ouders vragen.

 

Leerlingen hebben recht op tenminste een uur middagpauze

Deze regelgeving geeft aan dat de lessen gelijkmatig gespreid worden over vijf dagen, van maandag tot vrijdag. Ze vangen ten vroegste aan om 8u en eindigen ten vroegste om 15u en ten laatste om 17u. Er moet een middagpauze zijn van tenminste een uur. Bij inschrijving wordt de organisatie van de schooluren aan de ouders meegedeeld. De regelgeving bevat geen bepalingen over de speeltijd in de voor- en namiddag. Of en wanneer een school speeltijden aanbiedt, behoort tot de autonomie van de school.

Prestatieregeling personeel basisonderwijs

Om de prestatieregeling en het wettelijke kader van het middagtoezicht voor het gewoon basisonderwijs goed te begrijpen, is het belangrijk om na te gaan wat de wetgever verstaat onder de opdracht, de schoolopdracht en de hoofdopdracht van het onderwijzend personeel.

De opdracht zijn alle taken die het onderwijzend personeel uitvoert: ook de taken die thuis uitgevoerd worden zoals voorbereiden en verbeteren, verslagen maken, enz... De schoolopdracht is het grootste deel van de opdracht: namelijk die taken die het personeel in schoolverband uitvoert, zowel de hoofdopdracht als bijkomende taken. De hoofdopdracht is het grootste deel van de schoolopdracht. Voor een leraar is dat in principe de lesopdracht; voor het paramedisch personeelslid is dat in principe de kindgebonden opdracht.

De leden van het onderwijzend personeel die voltijds werken, hebben een wekelijkse schoolopdracht van maximum 26 klokuren (1560 minuten), te presteren binnen de periode van normale aanwezigheid van de leerlingen.

Oudercontacten en personeelsvergaderingen vallen buiten de 26 klokuren en kunnen georganiseerd worden buiten de periode van normale aanwezigheid van de leerlingen. Hetzelfde geldt voor opdrachten bepaald na overleg of onderhandelingen in het bevoegde lokaal comité.

De hoofdopdracht bestaat in principe uitsluitend uit een lesopdracht, behalve voor personeelsleden belast met bijzondere pedagogische taken. De scholen kunnen maximum 3% van het toegekende lestijden- en urenpakket op schoolniveau reserveren voor bijzondere pedagogische taken (BPT). De BPT-uren kunnen toegewezen worden aan het onderwijzend en aan het paramedisch personeel.

Een kinderverzorger die voltijds in het gewoon kleuteronderwijs werkt heeft een schoolopdracht van 32 klokuren per week. Deze prestatieregeling kan niet beperkt blijven tot de periode van normale aanwezigheid van de leerlingen. Voor- en naschools toezicht buiten de normale aanwezigheid van de leerlingen mag echter volgens de wetgeving in geen geval deel uitmaken van de opdracht.  Kinderverzorgers zijn in het gewoon kleuteronderwijs immers in essentie aangesteld voor het opnemen van verzorgende taken, ter ondersteuning van de kleuterleraren. Buiten de schoolopdracht maar binnen de opdracht voor de kinderverzorgers situeren zich, net zoals voor de leraren, oudercontacten, personeelsvergaderingen en opdrachten bepaald na overleg of onderhandeling in het bevoegd lokaal comité. Deze opdrachten vallen niet noodzakelijk binnen de periode van normale aanwezigheid van de leerlingen.

Naast het onderwijzend personeel, wordt er ook beleids- en ondersteunend personeel in het gewoon en het buitengewoon basisonderwijs tewerkgesteld. Het gaat over de volgende ambten:

  • Administratief medewerker
  • ICT-coördinator
  • Zorgcoördinator
  • Beleidsondersteuner

De wekelijkse opdracht van het beleids- en ondersteunend personeel dat voltijds werkt, bedraagt 36 klokuren. In de categorie van het beleids- en ondersteunend personeel is er geen onderscheid tussen hoofdopdracht, schoolopdracht en totale opdracht. Het schoolbestuur beslist welk deel van de opdracht het personeelslid op school moet presteren. De opdracht van het personeel belast met beleidsondersteuning hoeft niet beperkt te blijven tot de periode van normale aanwezigheid. Het middagtoezicht kan bijgevolg wel tot hun opdracht horen.

Voor opendeurdagen en schoolfeesten met leerlingenactiviteiten tijdens het weekend of op feestdagen, kan het schoolbestuur personeelsleden voor maximaal twee beurten per schooljaar verplichten om deel te nemen. Het schoolbestuur houdt rekening met de persoonlijke, sociale en familiale situatie van het personeelslid. Als een personeelslid in meerdere scholen is aangesteld, maken de schoolbesturen of directies hierover gezamenlijke afspraken.

De prestatieregeling sluit het middagtoezicht expliciet uit van het taken- en opdrachtenpakket van het personeel van het basisonderwijs. In uitzonderlijke omstandigheden en op een niet-systematische wijze kan het middagtoezicht toch opgelegd worden aan de personeelsleden. De begrippen ‘op niet-systematische wijze’ en ‘in uitzonderlijke omstandigheden’ moeten onderhandeld worden in het lokaal comité.

Het decreet basisonderwijs stelt in Art 164 bis dat personeelsleden niet belast kunnen worden met lestijden of uren buiten het lestijden- en urenpakket, tenzij die in de plage gelegen zijn. Plage-uren zijn lestijden of uren die onderwijzend personeel tussen de onder- en bovengrens van een volledige opdracht presteren. Als een schoolbestuur dit verbod overtreedt, valt de bezoldiging ten laste van het schoolbestuur.

Flankerend onderwijsbeleid

De prestatieregeling van onderwijzend personeel sluit het middagtoezicht uit. Het decreet betreffende het flankerend onderwijsbeleid heeft het wèl expliciet over het middagtoezicht. Lokale besturen en schoolbesturen kunnen via dit decreet het middagtoezicht wettelijk vormgeven.

Dit decreet regelt de rol van het lokaal bestuur bij het flankerend onderwijsbeleid. Onder flankerend onderwijsbeleid wordt verstaan: het geheel van acties van een lokale overheid om, vertrekkend van de lokale situatie en aanvullend bij het Vlaamse onderwijsbeleid, een onderwijsbeleid te ontwikkelen in samenwerking met de lokale actoren. Het lokaal bestuur heeft verschillende mogelijkheden om dat flankerend onderwijsbeleid in te vullen. Denk daarbij aan het organiseren van cultuureducatie en sportaanbod, taalondersteuning, huiswerkklassen, brede school, milieuwerking, …

Het decreet zet bovendien heel expliciet in op middagtoezicht. De lokale overheid kan immers sociale voordelen bieden aan scholen op haar grondgebied. Een van de sociale voordelen is het middagtoezicht voor de tijdsduur van maximum één uur.

Concreet betekent dit dat lokale besturen voor de scholen die op het grondgebied vallen, kunnen tussenkomen in de vergoeding of de loonkosten van het middagtoezicht. Heel wat lokale besturen betalen en/of organiseren dan ook het middagtoezicht voor de scholen. Dat kan op verschillende manieren gebeuren.

Het onderwijspersoneel wordt in principe (zie hierboven) uitgesloten van de taak van het middagtoezicht. Leraren en kinderverzorgers uit het basisonderwijs kunnen buiten de periode van de normale aanwezigheid geen systematische taken krijgen. Zij kunnen dus niet met een vrijwilligersstatuut middagbegeleiding doen. Wel kan dat door een aparte arbeidsovereenkomst met de gemeente of het schoolbestuur af te sluiten.

Daarnaast kunnen vrijwilligers de middagbegeleiding op zich nemen. Het toezicht valt dan onder de wetgeving van het vrijwilligerswerk. Vrijwilligers worden in principe niet betaald voor hun werk. Ze kunnen wel hun onkosten vergoed krijgen en een forfaitaire vrijwilligersbijdrage ontvangen. Die bijdrage bedraagt maximaal 36,84€ per dag.

Een schoolbestuur kan ook toezichters aanstellen in dienstverband. Dat kan in contractueel verband of in statutair verband. Vroeger werden er vaak mensen met een PWA-overeenkomst ingeschakeld voor toezichten. Dat systeem is vervangen door Wijk-werken. Wijk-werken wordt georganiseerd door de VDAB en heeft als bedoeling om mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt, werkervaring te bieden. Wijk-werken is beperkt in de tijd. Na eenn jaar is het de bedoeling dat de Wijk-werker evolueert naar een andere reguliere tewerkstelling. Een Wijk-werker verdient 4,10€ per gepresteerd uur.

Een vierde optie is dat de opvang georganiseerd wordt door een feitelijke vereniging of een vzw die vrijwilligers of toezichters in dienstverband tewerkstelt. Meestal verzorgen deze vrijwilligers of toezichters ook voor- en naschoolse opvang.

 

Kosten van het middagtoezicht

Wetgeving: kostenbeheersing in het basisonderwijs

In principe is het basisonderwijs gratis: inschrijven is gratis en materialen en activiteiten die nodig zijn om de eindtermen te bereiken zijn gratis.

Het middagtoezicht en een warme maaltijden of dranken tijdens de middag vallen buiten de scherpe maximumfactuur. Dat betekent dat scholen daarvoor een bijdrage kunnen aanrekenen. Middagtoezicht hoort bij de diensten en producten waarvan ouders naar keuze gebruikmaken. Er is daarvoor geen maximumbedrag maar de school is aan afspraken gebonden. Ze moet een bijdrageregeling uitwerken en een bijdragelijst opmaken. De bijdrage moet in verhouding zijn tot wat de school aanbiedt. Zo mag de school drankjes aanbieden tegen een redelijke prijs, met een kleine winstmarge.

De school moet de bijdragelijst en de bijdrageregeling bespreken in de schoolraad. Ouders zijn in de schoolraad vertegenwoordigd. De school moet bovendien de bijdrageregeling bekendmaken aan de ouders via het schoolreglement dat ondertekend wordt door ouders.

Meer lezen.

Een aantal uitspraken van de Commissie Zorgvuldig Bestuur (CZB/V/KBO/2003/34: Basisonderwijs: Bijdrage voor toezicht in de refter) bepalen dat de school geen willekeurige bijdrage kan vragen voor middagtoezicht. De kosten moeten reëel zijn: in overeenstemming met de door de school effectief gemaakte kosten en met de kosten voor goederen of diensten waarvan de betrokken leerling gebruikgemaakt heeft.

Wetgeving: Belastingvermindering voor kinderopvang

Middagopvang op school komt in aanmerking voor belastingvermindering. De vermindering bedraagt 45% van de uitgaven. Scholen moeten voor deze opvang een fiscaal attest bezorgen aan ouders.

 

Buitenschoolse opvang en activiteiten

Sinds 2021 ging het nieuwe BOA-decreet van start. Dat decreet heeft als voornaamste doel een geïntegreerd aanbod van buitenschoolse opvang en activiteiten te organiseren voor alle kinderen en gezinnen. Het lokaal bestuur heeft de regie in handen en werkt samen met partners in een lokaal samenwerkingsverband een lokaal buitenschoolse beleid uit.

Het decreet sluit in artikel 2 echter expliciet het organiseren van middagopvang op school uit als buitenschoolse activiteit. De middagopvang valt bijgevolg niet onder de toepassing van dit decreet.